“Are you from Catalonia in Spain?” Ik benader een jongen met dreadlocks. Ik twijfelde al langer of het niet de jongen was waar ik gisteren een gesprek mee had in een bar. “No I’m from Germany, why do you ask?” Ik vertel hem van mijn avondje avontuur, de vorige dag. Ik ontmoette een Franse jongen en later een Frans stel. We waren wat gaan drinken bij een bar langs de rivier. Later in de avond maakte ik kennis met een Spanjaard met dreadlocks.
Hij verdween plotseling die avond.
De laatste week vanuit Dali in China had ik geen normaal gesprek meer gehad dan met een Chinese politieagent. Ik had zoveel behoefte aan sociaal contact dat ik tegen iedere backpacker aan begon te praten. En er waren er nogal wat hier in Luang Namtha.
Misschien was die Spanjaard ‘m wel gesmeerd omdat ik de oren van z’n hoofd praatte na al die dagen solo op mijn fiets.
“What do you want to see? A video or photos?” Ik was aangeschoven aan het tafeltje van de Duitse jongen. Hij had net zijn avondeten besteld, groenten met kerrie en rijst. Dustin, zo heet hij, was net terug van een trek in de omgeving. Het kleine stadje zit vol met reisbureaus. Voor een dag of meer kan je kajakken in de jungle of, zoals Dustin gedaan had, een trek van dorp naar dorp en overnachten in de jungle. “I don’t know, let’s go for the video,” zeg ik enthousiast. Dustin begint te grinniken en laat mij een filmpje zien waar hij samen met een lokaal oud vrouwtje een grote pijp met opium rookt. Ik kijk mijn ogen uit. “Local discovery?”, vraag ik hem lachend. Hij kijkt even om zich heen en leunt wat over het tafeltje naar mij toe: “If you want, we can smoke some in my room.” Ik bedank hem voor het aanbod. Morgen stap ik weer op de fiets en dat wil ik graag uitgerust doen.
Waar in China alles gecontroleerd wordt en de meesten de regeltjes netjes naleven, is Laos ietsje anders. Hier kan wat meer. Hier is het allemaal wat relaxter. Ik voel me ook wat vrijer, al laat ik de opium in het land voor wat het is.
“Sabai-dee!! Sabai-dee!!” Als ik net vertrokken ben uit Luang Namtha wordt ik in ieder dorpje uitgezwaaid door de kinderen. Het verbaasd me hoe vriendelijk de mensen hier zijn. Lief lachen en soms roepen. Als ik dichterbij kom zijn ze vaak verlegen.
De marktvrouwtjes in het volgende stadje Luang Prabang weten precies hoe ze om moeten gaan met toeristen: “Come, come! Fruit shake? Sandwich? Only 10.000 kip!” En ja, hoe verleidelijk ze overkomen zo verleidelijk is de prijs, net iets meer dan een euro. Ook het eten op de nachtmarkt is spotgoedkoop.
Vijf gebroken spaken en vraag niet hoe. Net voor Luang Prabang sprongen ze. Ik zoek al twee dagen naar vervangende 28 inch spaken. Ook hier nergens te vinden, net als in China. In Thailand schijnt het beter te zijn, maar 500 kilometer met vijf missende spaken is misschien wat te veel risico. Op de dag dat ik me er toch aan wil gaan wagen, krijg ik een tip van een jongen. Even later ontmoet ik een toffe Amerikaan die mij, met zijn winkeltje Tiger Trail, wel kan helpen aan de juiste spaken. Hij helpt me zelfs mijn wiel op de juiste manier te spannen. En dat allemaal voor drie biertjes, die ik wel zelf even moet halen op de hoek van de straat.
32 kilometer ten zuiden van het stadje schijnt een van de mooiste watervallen in Laos te zijn. Het heet de ‘Tat Kuang Si waterfall’ Ik had al wat foto’s gezien van de mensen in het hostel. Een prachtig blauw-geel geheel waar je jezelf lekker in kan baden. Het schijnt er druk te zijn van de toeristen maar toch besluit ik om de volgende dag in de morgen mezelf daar te verwennen met een douche.
Met die gedachte vertrek ik diezelfde middag uit Luang Prabang.
Als ik de volgende morgen daadwerkelijk aankom bij het plekje begin ik me af te vragen of ik wel goed zit. Geen toerist te bekennen hier. Een groot bord met ‘Kacham waterfall’ vertelt me definitief dat dit de verkeerde is. Ik besluit toch een bezoekje te wagen. De plek ziet er verlaten uit. Kinderen lopen rond om hout te verzamelen. Ze grinniken om mijn verschijning.
Ik bestel een papaya salade bij het restaurantje. Het vrouwtje loopt naar buiten en tikt met een lange bamboe stok een papaya uit de boom.
Even later was ik mezelf onder de waterval. De lokale kids gooien even hun tas met hout naast hun neer en rennen enthousiast om mij heen door de waterval. Op dat moment bedenk ik me dat dit niet de verkeerde waterval is. Hij is dan misschien niet zo mooi maar het is hier rustig.
Voor mij is het de juiste waterval.