Kamperen in -22 graden celcius

Kamperen in -22 graden celcius

Met een thermoshirt en en mijn dikke donsjas sta ik mijn eten klaar te maken. Ik heb weinig keuze voor eten in de kou. Alles bevriest direct. Ik maak mijn maaltijden voor een groot gedeelte uit blik. Met een pompje pomp ik druk in een flesje benzine. De brander zet de benzine om in gas en voilà er is vuur. Mijn aansteker moet ik eerst even opwarmen voordat hij werkt. Als het vuur eenmaal aan is houd ik snel mijn koude handen erboven. Een tip die iemand mij gegeven heeft, direct een warmtebron creëeren bij kamperen in extreme kou. Met mijn grote wanten kan ik geen eten maken en de dubbele dunne handschoenen zijn niet warm genoeg. Ik zet mijn tent op en loop steeds terug om mijn handen te warmen. Het wordt steeds kouder merk ik, mijn lichaam begint te bibberen. Het moet inmiddels wel -22 zijn. Wat kan ik nog meer doen om warm te blijven? Rennen, ja rennen! Ik ren heen en weer om steeds weg te zakken in de sneeuw. Het helpt. Ik stop met bibberen, maar niet voor lang. Mijn dikke donsjas is niet voldoende. Even slaat de paniek toe. Wat nu?

Ik besluit snel mijn slaapzak in te kruipen.

Passing white trees in Russia

Arctic circle Russia 2018

Kandalaksha heeft een prachtige natuuromgeving. Dat deed mij een beetje vergeten dat de grote weg waar ik moest fietsen erg onveilig is. Uitgestrekte bossen met witte boompunten gaven mij het gevoel dat ik fietste door een van de mooiste gebieden waar ik ooit gefietst had.

Het was koud maar dit was het waard.

Van Kandalaksha naar Moermansk is een kleine 250 kilometer. Normaal zou ik dit in twee dagen kunnen. In deze kou is dat onmogelijk. De weg vraagt mijn complete focus. Auto’s en vrachtauto’s rijden hard voorbij, soms niet eens uitwijkend. Heb ik eenmaal de vaart erin dan begin ik te zweten. ’Sweat means death,’ heb ik weleens gelezen. Alles en dan ook alles kost meer moeite. Het zorgt ervoor dat ik moet accepteren dat ik niet zo snel kan. Voor mij is dat moeilijk. Ik ben een gehaast persoon en wil graag snel ergens naartoe.

Ik moet leren afremmen, letterlijk en figuurlijk.

Arctic circle Russia 2018

Kamperen. Tegen het vallen van de avond zoek ik mijn plekje. De sneeuw is wel een meter hoog. De enige uitweg zijn de sneeuwscooter banen die zo nu en dan van de weg naar de elektriciteitsmasten gaan. Hier kan ik op lopen en mijn tent opzetten. Vanavond heb ik zo’n weg gevonden en lukt het me mijn tent op te zetten en een lekker maaltje te maken.

Arctic circle Russia 2018

Op het menu, kipstukjes met mais en spaghetti met soepkruiden waarvan ik geen idee heb welke kruiden erin zetten. Na zo een dag als deze heb ik geen hoge eisen. Ik geniet vanuit mijn slaapzak van het maaltje om niet veel later in een diepe slaap te vallen.

Als ik die ochtend mijn tent open rits geloof ik mijn ogen niet.

Arctic circle Russia 2018

Arctic circle Russia 2018

Ik besluit van de ochtend te genieten. Dit is precies de reden waarom ik hierheen gekomen ben. Naar de poolcirkel. Naar de kou. Zo wit, zo helder, alles bedekt met een zachte laag sneeuw en een zon die zo net boven de oppervlakte blijft schitteren.

Ik doe er dan ook drie uur over om op te starten.

In Kandalaksha kwam ik bij toeval een visserswinkeltje tegen waarbij een hele lieve vrouw mij een thermoskan adviseerde. Sindsdien is mijn leven hier ook een stuk aangenamer geworden. Nu kook ik sneeuw voor in de thermoskan wat mij de hele dag warm water geeft.

Arctic circle Russia 2018

Er zijn twee uitdagingen die mij continue bezig houden. Condens en zweet. Als ik in mijn slaapzak lig dan adem ik veel vocht uit. Na een paar nachten wordt mijn slaapzak nat. Ook mijn tent raakt van binnen bevroren.

Ik volg mijn weg naar Monchegorsk. In Monchegorsk besluit ik een nacht binnen te slapen om mijn spullen weer op te drogen. De volgende ochtend is het -25 als ik vertrek. Ik zit net vijf minuten op mijn fiets en mijn aandacht gaat naar een raar gevoel in mijn oor. Als ik voel schrik ik even. Mijn oorlel voelt hard aan. Hij is bevroren! Ik trek mijn muts snel ver over mijn hoofd en ook mijn capuchon trek ik goed aan. Hopelijk blijft het bij een oorlel, gaat er door me heen.

Monchegorsk to Murmansk

Die avond is het weer erg koud. Zelfs zo koud dat ik mijn donsjas in mijn slaapzak prop zodat mijn voeten warm blijven.

Ik ben de volgende ochtend net een uurtje op weg als ik blij verrast wordt door een vriendelijke man. Hij keert speciaal om voor mij. We praten wat in het Russisch. “Atkoeda!?” zegt hij en ik antwoord trots, “ya ghulandski!”. Inmiddels begrijp ik een aantal basiszinnen wel. Met wat wijzen en proberen komen we ergens.

Monchegorsk to Murmansk

Hij kan het maar niet geloven dat ik buiten heb geslapen. We drinken samen thee en hij wenst me alle geluk en gezondheid toe, tenminste, dat denk ik.

Niet heel veel later stopt er een busje voor me. Een gespierde jongen in zijn t-shirt stapt uit en gooit enthousiast de achterdeuren open terwijl hij “Murmansk!?” naar me roept. Ik knik maar sla met met handen stoer op mijn borst en wijs naar mijn fiets. Hij kijkt me aan met ongeloof en zonder wat te zeggen gooit hij de deuren dicht en vertrekt weer. Ik glimlach in mezelf, hij begrijpt waarschijnlijk helemaal niet dat ik dit leuk vind. Ik waardeer in ieder geval zijn toffe gebaar en roep nog hard “spahsiebah” na, het Russische dankjewel.

De temperatuur stijgt deze dag van -22 naar -12 en ik besluit in de avond niet mijn tent op te zetten maar in een bivakzak te slapen.

En daar krijg ik geen spijt van.

Monchegorsk to Murmansk

De laatste dag is het wisselvallig en de laatste 50 kilometer naar Moermansk blijken nog een uitdaging te zijn. Gelukkig kom ik aan het einde van de middag in een heftige sneeuwbui eindelijk aan.

Monchegorsk to Murmansk

Ik ben opgelucht maar moe. Het stukje van Kandalaksha naar Moermansk wilde ik om verschillende redenen erg graag fietsen. Met gevaar voor mijn leven, niet voor de kou maar voor het verkeer.

Als ik de haven van de stad inrij kom ik bij een goedkoop hotel waar een norse dame mij onvriendelijk aankijkt. Ze wijst naar een videoscherm, naar mijn fiets en laat me weten dat mijn fiets niet welkom is. In mijn hoofd roep ik vanalles om duidelijk te maken dat niemand gemeen doet naar mijn rots en toeverlaat. Ik krijg er alleen geen woord uit en loop zonder wat te zeggen teleurgesteld naar buiten. Ik fiets naar het centrale plein en loop uit frustratie een mooi hotel binnen waar mijn fiets wel welkom is.

Gelukkig, de prijs valt mee.

Als ik al mijn spullen naar binnen heb gesleept plof ik neer op een warm zacht bed. Er is een droom uitgekomen, denk ik bij mezelf, het is me gelukt om midden in de winter van Kandalaksha naar Moermansk te fietsen.

Een bedanktje naar iedereen die een donatie heeft gedaan. Het voelt als hele fijne waardering voor de tijd en moeite die ik stop in het schrijven van verhalen en het maken en bewerken van foto’s. Heel erg bedankt!