Het leven in Nederland weer oppakken na een grote fietsreis

Het leven in Nederland weer oppakken na een grote fietsreis

Dit artikel is oorspronkelijk geschreven voor het tijdschrift van De Wereldfietser. Een vereniging van en voor fietsreizigers die informatie over het reizen op de fiets uitwisselt.

Hard fietsend nader ik de Brienenoordbrug in Rotterdam. Op mijn oude vertrouwde stalen racefiets. Ik geef hem nog een schouderklopje op het frame: “Ik heb je gemist jongen, wat rij je lekker.” Het begint pijpenstelen te regenen maar het boeit mij niet. Ik heb voor hetere vuren gestaan. Als ik de brug weer afgesjeesd ben rij ik op een fietspad langs de Maas. “Een echt fietspad,” denk ik bij mezelf, “die heb je bijna nergens in de wereld.” Ik versnel nog wat. Mijn hart klopt sneller en ik fiets nu echt op mijn top. Ik raak doorweekt van zweet in combinatie met de regen. Het maakt mij niet uit, vanavond hoef ik niet te kamperen.

Opeens grijpt iets mijn aandacht. Ik kijk schuin tegen de Erasmusbrug aan. Het is voor het eerst na een jaar dat ik de brug weer in het echt zie. Ik hou het even niet meer en parkeer mijn fiets aan de zijkant van het fietspad. Daar, van die brug, daar fietste ik een jaar geleden weg. Met bestemming Singapore. Beelden van andere grote steden flitsen door mij heen. Istanboel, Yerevan, Tehran, Kashgar, Vientiane, Bangkok, allemaal vergelijkbare steden maar toch steeds weer iets anders. Steden waar ik nog nooit was geweest. Waar ik weer nieuwe mensen ging ontmoeten. Vandaag weet ik precies waar ik moet zijn. En wie ik ga ontmoeten. Deze stad is mijn oude vertrouwde plekje. Vandaag heb ik een gesprek voor een baantje.

Een baan. Ik ga mij weer settelen merk ik. Wil ik dat wel? Kan ik dat wel? Mensen vuren nog weleens vragen op mij af. Gisteren nog: “Het is zeker wel confronterend na zo’n reis om weer terug te zijn in Nederland?” Ik probeer dan uit te leggen, dat ik Nederland gewoon accepteer zoals het is. Dat hebben de Thaise mensen mij wel geleerd. Vooral niet oordelen over een land en haar cultuur. Het is hier zo slecht nog niet. Nederland is gewoon een van de vele unieke culturen in de wereld en ik ben er opgegroeid. Dit is mijn thuis. Hier voel ik mij thuis. Dat het leven hier zo snel gaat en veel mensen dag en nacht aan het werk zijn, dat is waar we ook onze welvaart aan te danken hebben.

In Georgië was Nederland het land van de vrijheid. In Iran was Nederland het land van de prachtige bloemenvelden. In China was Nederland het land van de windmolens. In Kirgizië was Nederland het land waar iedereen het goed heeft, het land waar iedereen graag wil wonen. Nu ik terug ben in Nederland zou ik dan ook niet durven klagen dat mijn reis ten einde is. Natuurlijk is het moeilijk om na zoveel vrijheid het leven hier weer op te pakken. Op een vaste plek, met een dagelijkse routine en verplichtingen. Maar al die reiservaringen gaat niemand mij meer afpakken.

Aankomende week spring ik weer op de fiets. Op naar Groningen. Mijn treinkaartje besparen, want geld heb ik nu niet. In Groningen ga ik een weekend kamperen en verhalen delen met andere avonturiers. Want laat ik eerlijk zijn, ook in Nederland kan ik mij best goed uitleven op de fiets.

Een nieuw groot avontuur komt er echt wel weer aan, maar voorlopig even genieten van Nederland.

Klik hier voor de verschenen versie van dit artikel.