Verhalen uit mijn dagboek is een serie van artikelen uit het dagboek die ik tijdens mijn fietsreis van Rotterdam naar Singapore bijhield. Ik was onderweg van 2 februari 2015 tot 30 januari 2016. Naast geschreven belevenissen deel ik ook een stukje persoonlijke bewustwording van de impact die dit jaar fietsreizen op mij heeft gehad. Vandaag #4 waarin ik je meeneem naar Laos.
25 oktober – 105km (11730km)
De grens van Loas komt nu heel dichtbij. Ik vind het spannend. Ik heb nu drie maanden door China gefietst en kijk uit om door Zuid-Oost Azië te gaan fietsen.
De afgelopen dagen had ik een gejaagd gevoel gekregen door de arrestatie. Een gevoel van continue gevolgd te worden door de Chinese autoriteiten. Tijdens de arrestatie werd ik een middag vastgehouden en ondervraagd. Uiteindelijk moest ik een, in het Chinees ingevulde formulier met mijn antwoorden ondertekenen met vingerafdrukken. Ze gaven als reden een Oeigoerse opstand in het westen van China, waar ik ook ben geweest op de fiets. Het was allemaal vaag. Ik heb er nog steeds gemengde gevoelens bij.
Ik kijk er naar uit om China te verlaten. Van wat ik weet is Laos gemoedelijker. Even geen gevoel van opdringerige politiemannen die mij als fietstoerist volledig willen controleren. China is zo immens groot, in de tijd die er is binnen het visum is het avontuur een gehaast avontuur. In Laos hoop ik meer rust te vinden.
26 oktober – 80km (11810km)
Vandaag de grens over. De grens is helemaal niet zo beveiligt als de grens bij Kirgizië. Hier fietste ik drie maanden geleden China binnen. Ik kom er ook snel en zonder problemen doorheen. Voor Laos heb ik geen visum nodig. Een tijd lang zit ik bij een kleine supermarkt bij de grens. Ik heb contact met Matthew die al een tijdje voor me fietst. Hij is in het stadje Luang Namtha, een stukje verderop.
De hoofdweg van noord naar zuid is goed geasfalteerd. Naar horen zeggen aangelegd met de hulp van China. Na ongeveer 30 kilometer fietsen kom ik in Luang Namtha aan. Ik kom al snel een aantal Belgische toeristen tegen die ik wat vragen kan stellen over de munteenheid en een goedkope plek om te overnachten. Later nog een biertje gedronken met een Australische jongen. De sfeer is direct heel anders dan China.
Later zoek ik naar de goedkoopste plek in Luang Namtha om te overnachten. In de avond ontmoet ik Matthew samen met Anouk in een restaurantje met een westers aanbod van fastfood. Matthew komt oorspronkelijk uit Australië en heeft een tijd in Nederland gewoond. Nu fietst hij van Nederland terug naar Australië om daar weer te gaan wonen. Een leuk gesprek. Wel een, voor wat ik gewend ben, flink prijzig restaurant kom ik bij het afrekenen achter.
27 t/m 30 oktober – rustdagen
Een aantal dagen rust in het toeristische stadje Luang Namtha. Ik slaap in een gasthuis met een gedeelde slaapkamer voor omgerekend €3,50 per nacht. De avond van de eerste dag op stap geweest met Johan, een Franse jongen en een Frans stel. Anouk, die ik ken van de afspraak met Matthew is er ook bij. Ze komt trouwens ook uit Nederland.
Luang Namtha is compleet ingericht op toerisme. De hele economie draait er op. Dat merk ik aan alles. Er komen vooral veel backpackers die van plek naar plek rondreizen in Zuidoost-Azië.
Er lopen een paar oudere vrouwtjes rond, die iets wat lijkt op hasj, verkopen. Nu ik toch hier ben schaf ik het op een avond aan. Het blijkt opium te zijn. Ik heb gelezen dat Laos een rijk opium verleden heeft. Ik word er direct mee geconfronteerd. Er gaan geruchten rond dat de overheid in Laos drugs zoals opium keihard aanpakt met heftige gevangenisstraffen. Ik heb eigenlijk geen idee wat ik met het gekochte goedje moet doen. Hoe rook je dit? Het kleine beetje stop ik dan ook maar onder mijn bed.
Overdag doe ik niet heel veel spannends. Er zijn georganiseerde avontuurlijke uitstapjes, een daarvan is een kennismaking met lokale mensen in een dorpje in de jungle. Ze zijn prijzig en het soort toerisme waar ik mij liever niet aan waag. Ik schrijf dan ook veel in deze dagen, een blog met foto’s van het laatste deel in China. Ook werk ik aan een video die ik uiteindelijk niet heb afgekregen.
Ik ontmoet Ido die uit Israel komt. Een wandelaar. We praten veel over Tibet, over afgelegen plekjes. Over hoe je meer kunt genieten van reizen door de wat toeristischere plekken te ontwijken. Later komt er nog een jongen bij in het slaapzaaltje. Eward uit Duitsland. Hij heeft lange dreads. Op een avond kom ik met hem in contact en gaan we ergens eten. Eward laat me trots foto’s zien waar hij met lokale bewoners in de jungle opium aan het roken is. Hij vraagt of ik morgen meega naar de jungle om deze ervaring met hem te delen. Ik laat hem weten dat ik er nog even over nadenk. Op een manier voel ik mij er toch niet zo comfortabel bij om als geprivilegieerde westerling de jungle in te gaan om daar high te worden met lokale mensen. Mensen die naar mijn idee erg weinig privileges hebben en wellicht erg afhankelijk zijn van het gebruik van opium.
31 oktober – 66km (11876km)
Vandaag vertrek ik uit Luang Namtha. Ik volg de route naar het zuiden richting andere stadjes zoals Luang Prabang. Het is rustig fietsen. Ik kom een wat ouder stel tegen. Iemand uit Zweden en iemand uit Frankrijk. Ze hebben de leeftijd van 60 al bereikt. De Zweedse man praat heel veel en is heel enthousiast. Het is leuk om zo iemand te ontmoeten. Ik ben alleen en stel mij altijd wat gereserveerd op. Als iemand overenthousiast is maakt dat mij ook meer open.
In de avond vind ik een fijne plek om te kamperen. Ik maak een kampvuur om de muggen op afstand te houden en ga vroeg slapen. Ik ben de opium die ik onder het bed gestopt had in het hostel vergeten.
1 november – 73km (11949km)
Na een lange nacht slapen ga ik uitgerust op pad. Ik kom een jongen tegen. Hij heet Gonsa. Hij begint met mij te praten bij een pauze die ik neem bij een van de kleine winkeltjes langs de weg. Hij is 16 jaar oud en heet zojuist een voetbalwedstrijd gespeeld. Hij vertelt dat zijn team gewonnen heeft en zijn vrienden allemaal dronken zijn. Hij gaat met mij mee naar de rivier om een plek te laten zien waar we kunnen zwemmen. Ik koop twee Beerlao biertjes, een heel lekker soort bier hier in Laos. We komen aan bij een modderpoel. We zitten samen bij de rivier en praten over zijn leven. Hij spreekt Engels best wel goed wat ik bijzonder vind. Hij vertelt over zijn zus die werkt als politieagente, wat door hem gezien wordt als een goede baan. Zijn broer studeert in Vietnam. Hij zou dit ook graag willen maar zijn ouders hebben geen geld om hem ook naar Vietnam te sturen voor een studie.
2 november – 93km (12042km)
Vroeg op en lang fietsen. Er zijn vier spraken gebroken. Ze waren te slap gespannen. Een wiel spannen zonder het juiste gereedschap is feitelijk onmogelijk. Om het goed te doen heb ik beter gereedschap nodig. Ik pak telkens drie spaken die ik op gevoel aandraai. Zo lukt het om telkens het wiel weer goed te krijgen. Op elke spaak de juiste spanning brengen is handmatig bijna onmogelijk.
Ik kom best regelmatig fietsers tegen. Meestal stelletjes. Ik probeer dan een gesprek aan te knopen. Het lukt vaak niet. Ik ben dan heel enthousiast om ze tegen te komen maar dit enthousiasme is vaak niet wederzijds. Er blijft een gereserveerde houding van de mensen die ik tegenkom. De vraag komt zo nu en dan weleens in mij op of dit te maken heeft met het westers individualisme. Lokale mensen hier hebben een hele andere houding. Een vaak veel meer openere houding. Of zal het te maken hebben dat mensen die samen reizen wat gereserveerder zijn.
3 november – 87km (12129km)
De laatste kilometers naar Luang Prabang. Het is nu vooral naar beneden dus ik kom best al snel aan in de middag. Ik ga op zoek naar een hostel door wat mensen te benaderen en vragen of ze een gedeelde slaapkamer weten voor 30.000 Loatiaanse kip, dat is dan iets meer dan €3,-. Ik kom een stel tegen, een jongen en twee meisjes uit Oost-Europa. Via hen kom ik in Spicy Laos. In een leuke buurt.
4 t/m 6 november – rustdagen
Vandaag weer veel tijd gestopt aan de video over China. Ik wil de video van China heel goed hebben en mijn perfectionisme blijft me bezig houden. Er is een leuke avondmarkt in Luang Prabang. Alles sluit trouwens om 11:30u. Ook alle barretjes. Een regel die de overheid van Laos in leven heeft geroepen. Een soort van avondklok. Ik ontmoet in het hostel Spicy Laos Gaja uit Slovenië. Met haar regelmatig naar de marktjes gegaan in het stadje. Gaja heeft maagproblemen van het eten maar voelde zich ook snel alweer wat beter. Er zijn best veel Nederlandse toeristen hier.
7 november – 30km (12159km)
Vertrokken uit Luang Prabang. Ido, de Israëlische jongen die ik inmiddels al voor de derde keer ben tegengekomen tipte mij aan een fietswinkel. Ze schijnen westerse onderdelen te hebben en kunnen mij wellicht helpen met de juiste spaken. Ik fiets er naartoe. Een Amerikaanse jongen, de eigenaar, helpt mij met mijn wiel weer wat in orde te maken. Hij vraagt alleen geld voor de onderdelen. Ik moet alleen even zijn winkel delen op social media.
In de middag gaan fietsen uit het stadje Luang Prabang. In mijn hoofd heb ik een waterval bezoek de volgende morgen om te douchen. Ik ben mijn Mp3-speler kwijtgeraakt bij het hostel in Luang Prabang, daar baal ik van.
8 november – 67km (12226km)
In de ochtend bij een waterval aangekomen maar het blijkt de verkeerde te zijn. Niet zo mooi als de bekendere, wereldberoemde en meer toeristische Kuang Si waterval. Wel heel rustig. Ik ben de enige toerist voor een hele middag. Ik geniet heel van de rust. Er is een restaurantje en ik bestel een papaja salade. De dame van het restaurant tikt de papaja zo uit een boom naast het terras en gaat hem vervolgens ter plekke snijden.
Klimmen, klimmen en nog meer klimmen. Wel 20 kilometer met 12% stijging. Ik hang stiekem nog aan een vrachtwagen. Een fijne kampeerplek gevonden. De temperatuur is een stuk koeler nu ik in de bergen ben. Echt heel lekker.
9 november – 96km (12322km)
De kinderen in de dorpjes die ik passeer zwaaien en roepen ‘sawadee, sawadee!’ Als ik ergens stop komen kinderen om mij heen staan. De kinderen kijken naar mij. Ze lachen. Er lopen kippen en varkens vrij rond. De lokale marktjes die ik tegenkom hebben verse groenten en fruit en stukken vlees. Ik kom zelfs een levende bever tegen die je kan kopen. Ik weet dat ze beschermt zijn en ze eigenlijk niet mogen gevangen worden, maar wie ben ik om hier over te oordelen.
Ik volg mijn route naar het zuiden richting de hoofdstad Vientiane. Dit is de hoofdstad van Lao en grens aan de grens met Thailand.
Laos heeft een koloniaal verleden. Het is in 1893 door de Fransen gekolonialiseerd. Drie territoria werden samengevoegd en met dat samenvoegen gebruikten de Fransen het meervoudige woord Laos in plaats van Lao. De bevolking heeft deze term nooit echt overgenomen en gebruiken zelf Lao. Tijdens de Vietnamoorlog werd het land door de inmenging van de Verenigde Staten feitelijk verwoest. Tot de dag van vandaag zijn veel mensen afhankelijk van hun eigen oogst. De economie ontwikkelt langzaam maar wordt voor een groot deel gedomineerd door de omliggende landen. Onder andere Vietnam heeft veel invloed in Laos.
De ontmoeting met Gonsa was bijzonder. Hij leek niet mee te gaan in de afleidingen van zijn vrienden, die toen ik hem ontmoette luidruchtig bier dronken. Hij begon vragen aan mij te stellen. Hij deelde zijn ambities. Ik had bewondering voor zijn kennis en bewustzijn. Ik had het gevoel dat hij zich net als ik probeerde af te zetten van de norm.
Ik hoor of lees nog weleens westerse perspectieven op een land als Laos met een bepaalde superieure blik. Door bijvoorbeeld te benoemen dat het land arm is en de mensen er door minder maatschappelijke voordelen minder gelukkig zijn. Ik heb geen moment het idee gehad dat mensen perse minder gelukkig zijn. Het leek erop dat er een groot acceptatie vermogen is voor hoe het is. Dit is natuurlijk slechts een beeld vanaf mijn fiets en de paar gesprekken die ik heb gehad. Het idee dat meer luxe gelijk staat aan een beter leven is iets wat vaak een streven is maar voor mijn gevoel in de realiteit niet altijd zo werkt.